'Dat weet je maar nooit,' zei Nico met, vond Victory, onkarakteristieke dromerigheid. 'Liefde kan zo uit de lucht komen vallen.'
'Ik geloof nog steeds in ware liefde,' zei Wendy knikkend. 'Maar niet echt met een man die vijftig jaar oud is en nog nooit getrouwd is geweest. Dat is toch heel vreemd?'
'Ik weet het niet,' zei Victory. 'Maar goed, ik geloof niet in ware liefde. Volgens mij is het allemaal flauwekul.'
'Iedereen gelooft in ware liefde,' zei Wendy. 'Ze moeten wel. Ik bedoel, waarom zouden we er anders niet het bijltje bij neergooien?'
'Door het werk,' zei Victory. 'Het verlangen om iets in de wereld te doen. En natuurlijk de noodzaak om eten en kleding te kopen en een dak boven je hoofd te kunnen betalen.'
'Maar dat is zo kil,' wierp Wendy tegen. 'Als mensen niet in ware liefde zouden geloven, ging er niemand naar de film!'
'Dat is precies wat ik bedoel,' zei Victory. 'Het is een marketingconcept. Ontworpen om spullen te verkopen.'
'Luister maar niet naar haar,' zei Nico, terwijl ze Victory warm aankeek. 'Ze is expres zo tegendraads.'
'Dat weet ik wel,' zei Wendy. 'Op een dag word ik verliefd...'
Victory zuchtte. 'Daar ben ik te oud voor. Ik heb geaccepteerd dat ik de rest van mijn leven -- of in ieder geval de komende tien jaar, tot er geen man meer met me wil samenzijn - koele, beschaafde relaties zal hebben, waarin niemand zijn stem zal verheffen, maar ook niemand echt om de ander geeft.'
Was dat waar? vroeg Nico zich af. Kon je te oud worden voor liefde en verlangen? Die gedachte zat haar niet lekker en ze wilde een ander onderwerp aansnijden. Ze had gedacht dat ze het idee van romantische liefde al een tijd geleden had opgegeven.
'In elk geval,' ging Victory door, 'kan ik me niet voorstellen waarom Lyne Bennett een afspraakje met me wil. Ik ben helemaal zijn type niet.'
Nico en Wendy wisselden een blik. Wendy zuchtte. 'Vic, jij bent iedereen zijn type, wist je dat niet? Je bent mooi, slim en grappig...'
'En al die andere dingen die vrouwen tegen elkaar zeggen wanneer ze geen man kunnen vinden,' zei Victory. 'Het is zo maf. Mannen blijken altijd een teleurstelling te zijn. Hoe kan het ook anders, met al die verwachtingen die we van hen hebben? En dan besef je weer eens dat je die mantijd beter in je werk had kunnen stoppen. Sorry hoor, maar er is niets bevredigenders dan iets creeren met je eigen handen en hersens... Dat kan geen mens van je afpakken, ongeacht wat er gebeurt.' Ze dacht aan haar gesprek met meneer Ikito.
'Ik vind het nog steeds heerlijk om met Shane te knuffelen,' zei Wendy, terwijl ze weemoedig bedacht dat ze dat al een tijdje niet meer had gedaan. 'Ik houd nog steeds van hem. Hij is de vader van mijn kinderen. We hebben die kinderen gemaakt. Onze verbintenis is zo diep.'
'Voel jij dat ook voor Seymour?' vroeg Victory aan Nico.
Toen Nico Seymours naam hoorde, voelde ze zich plotseling schuldig over wat ze hem aan ging doen. Moest ze hun over Kirby vertellen? Ze wilde het Victory vertellen, maar bedacht zich toen. Er viel eigenlijk nog niets te vertellen. En Victory zou met afschuw reageren. Ze zou zeker teleurgesteld zijn in haar. Victory was nooit getrouwd geweest en net
als de meeste mensen die die ervaring nooit hadden gehad, had ze de neiging het huwelijk te idealiseren. Ze was heel rigide in haar ideeen over hoe getrouwde mensen zich moesten gedragen. Het was geen oordeel gericht tegen Victory, het was alleen dat ze niet wist wat ze zou doen als Victory kwaad op haar was. En het was ook niet juist om Victory en Wendy medeplichtig te maken.
Ze moest over iets anders beginnen. 'Even over Victor,' zei ze. 'Hij is tot alles in staat. Ik denk alleen niet dat hij het probleem is. Ik denk dat Mike Harness dat is.' En ze vertelde hoe hij had geprobeerd de eer op te strijken voor de Huc- kabees-bespreking.
'Terug naar Splatch-Verner?' vroeg de chauffeur.
'Euh, eigenlijk niet. Nog niet,' zei Nico. 'Ik moet een tussenstop maken. Even iets ophalen voor mijn dochter.' Ze gaf deze informatie met haar gebruikelijke autoriteit, maar besefte onmiddellijk dat het een stom excuus was. Iets oppikken, dacht ze, terwijl ze door haar tas rommelde op zoek naar het adres, zou nooit meer dan een paar minuten duren. Maar misschien zou ze er maar paar minuten zijn. Misschien zou ze als ze Kirby Atwood zag, beseffen dat het een grote vergissing was en weggaan.
'We zouden in het park kunnen gaan wandelen,' had Kirby gretig gezegd, toen ze hem die ochtend vanuit haar kantoor had gebeld. 'Het park ligt heel dicht bij mijn huis. Ik houd heel erg van het park, jij ook? Ik koop zelfs een hotdog voor je, mooie dame.'
'Kirby,' fluisterde ze geduldig. 'Ik kan niet met je in Central Park worden gezien.'
'Waarom niet?'
'Omdat ik getrouwd ben, weet je nog?'
'En dan kan je niet met een vriend in het park wandelen?'
'Ik zou misschien naar je appartement kunnen komen,' zei Nico, en ze vond dat Kirby daaraan had moeten denken, tenzij hij eigenlijk helemaal niet met haar naar bed wilde.
'Ehm,' zei Kirby. 'Daar had fk eigenlijk aan moeten denken he?'
Het feit dat Kirby zijn fout inzag, gaf haar hoop.
Ze vond het stukje papier waarop ze zijn adres had geschreven - een stukje papier dat ze van plan was weg te gooien als ze hem had gezien - en keek erop. Kirby's appartement lag helemaal niet dicht bij het park, het lag veel westelijker, op de hoek van Seventy-ninth Street en Second Avenue. Maar ze dacht dat als je een jonge man was, vijf lange straten niets voorstelden.
'Ik moet naar East Seventy-ninth Street drie nul twee,' zei ze tegen de chauffeur.
Mijn god, wat deed ze nu?
Ze zette haar telefoon aan. Ze kon niet te lang buiten bereik van kantoor zijn. Ze belde haar assistent, Miranda, om naar haar berichten te vragen. Zou ze Miranda dezelfde leugen vertellen als de chauffeur? Ze kon het maar beter vaag houden. 'Ik moet even een tussenstop maken,' zei ze, terwijl ze op haar horloge keek. Het was even voor tweeen. Als zij en Kirby het echt zouden doen, hoe lang zou het dan duren? Vijfden minuten? Maar ervoor en erna moest ze nog een beetje met hem praten. 'Ik ben rond drie uur terug op kantoor,' zei ze tegen Miranda. 'Misschien halfvier, dat hangt van het verkeer af.'
'Geen probleem,' zei Miranda. 'Je hebt om vier uur een vergadering. Laat het me even weten als je te laat komt.' Godzijdank, dacht Nico, was Miranda heel pienter. Ze was zeker slim genoeg om te weten wanneer ze geen vragen moest stellen. Ze begreep dat ze informatie voor zich moest houden.
Ze belde twee mensen terug en toen stond de auto stil in het drukke verkeer op Fifty-ninth Street. Waarom was de chauffeur niet door het park gegaan? O nee, het park was tijdens de lunch gesloten. Wat een stomme, ongemakkelijke regel. Schiet nou toch op, dacht ze. Toen ze eenmaal de beslissing had genomen om Kirby te bellen, kon ze niet meer terug, en af en toe had ze die momenten van opgewonden verwachting, waarbij ze niet langer kon wachten om hem te zien en er tegelijkertijd bang voor was. Het leek wel alsof ze weer achttien was en haar eerste afspraakje had gemaakt. Ze voelde zich een beetje duizelig.
Ze zou Seymour moeten bellen, dacht ze. Ze wilde niet dat hij haar belde terwijl ze bij Kirby was, zodat ze ook tegen hem zou moeten liegen.
'Hup,' zei Seymour, die de telefoon in hun huis in de stad opnam. Sinds Seymour twee jaar geleden was begonnen met hondentraining, had hij wat vreemde, gekunstelde maniertjes aangenomen, waaronder deze nieuwe manier om de telefoon op te nemen.
'Hallo,' zei Nico.
'Wat is er aan de hand? Ik heb het druk,' zei Seymour.
Nico wist dat hij niet bot wilde zijn. Zo was hij nu eenmaal en hij was niet veranderd sinds die avond veertien jaar geleden waarop ze hem op een feestje had ontmoet, hij haar had overgehaald samen met hem weg te gaan van het feest en in plaats daarvan naar een bar te gaan, waarna hij haar had gevraagd wanneer ze bij hem zou intrekken. Seymour werd volkomen in beslag genomen door zichzelf, zijn gedachten en zijn activiteiten, hij vond zichzelf eindeloos fascinerend en dat was genoeg voor hem. Nico vermoedde dat eigenlijk alle mannen zo waren.
'Wat doe je?' vroeg ze.
'Een lezing. Voor de subcommissie in de senaat. Topgeheim,' zei Seymour.
Nico knikte. Seymour was een genie en was onlangs ingeschakeld om de regering te adviseren over internetterrorisme. Seymour was altijd al een geheimzinnig persoon geweest, dus deze nieuwe kans vond hij geweldig. Officieel was hij universitair docent in de politicologie aan Columbia University, waar hij een college per week gaf, maar daarvoor was hij een heel machtige investeringsbankier geweest. Hierdoor trok nooit iemand zijn geloofsbrieven of mening in twijfel, en ook had hij contact met de meest briljante geesten ter wereld. 'Naar jou komen ze toe voor glitter en glamour,' had Seymour eens tegen haar gezegd. 'En naar mij voor een goed gesprek.'
Nico nam aan dat ze dit als een belediging had kunnen opvatten, maar dat deed ze niet. Voor een groot deel had Seymour gelijk. Ze hadden allebei hun sterke en zwakke kanten en ze accepteerden deze verschillen van elkaar, omdat ze wisten dat ze samen een fantastisch team vormden. Hierdoor was hun huwelijk een succes. Toen Nico heel veel geld begon te verdienen, hadden ze samen besloten dat Seymour zijn baan als investeringsbankier zou opgeven om te gaan doen wat hij echt leuk vond, doceren aan Columbia University. Nico vond het geweldig dat Seymour dankzij haar een betekenisvolle, maar slecht betalende, carriere kon hebben. Alhoewel, dacht ze met een ironische glimlach, er waren momenten waarop ze zich afvroeg of Seymour hier niet vanaf de dag dat hij haar ontmoette op had aangestuurd, zoals hij haar had aangemoedigd en gecoacht over hoe ze succesvol kon zijn en de ladder in het bedrijfsleven kon beklimmen zodat hij ontslag kon nemen.
Natuurlijk was ze een gretige en goede leerling. Seymour had haar echt niet over hoeven te halen om succes te hebben.
Nu zei ze: 'Dan heb je zeker geen tijd om het over het feestje te hebben?' Iedere twee weken gaven ze een soort feestje in hun herenhuis, varierend van een kleinschalig diner voor twaalf mensen tot een buffet voor vijftig en een cocktailparty voor honderd mensen. De feestjes waren eigenlijk zakelijke aangelegenheden om Nico in de schijnwerper te houden, om bondgenootschappen te vormen en om er zeker van te zijn dat ze altijd wist wat er zou gaan gebeuren voordat het in het nieuws kwam. Nico hield niet echt van feesten, maar ze wist dat Seymour gelijk had en ze deed het om hem een plezier te doen. En dat viel haar niet echt moeilijk. Seymour regelde de catering, bestelde de alcohol en stelde het menu samen, hoewel niemand in hun huis echt veel dronk. Seymour had een hekel aan dronken mensen. Hij vond het vreselijk wanneer mensen de beheersing over zichzelf verloren en daarnaast had hij de regel dat hij iedere dag om hooguit halfelf in bed wilde liggen.
'Daar kunnen we het vanavond wel over hebben,' zei Seymour. 'Kom je naar huis?'
'Dat weet ik niet,' zei Nico. 'Er is een of ander liefdadig- heidsding voor borstkanker.'
'Daar kun je maar beter naartoe gaan,' zei Seymour. 'Je moet in ieder geval even je neus laten zien.'
Hij hing op en Nico voelde zich plotseling vermoeid. Ze had nooit meer echt plezier. Dat was niet altijd zo geweest. In het begin, toen zij een rijzende ster was en alles nog nieuw was, was het leven fantastisch. Er gebeurde elke dag wel iets spannends en Seymour en zij hadden met volle teu
gen genoten van het gevoel dat ze iets zouden bereiken en overwinnen. Het probleem was dat niemand je ooit had verteld dat je moest blijven winnen. Je kon nooit ophouden. Je moest blijven doorgaan.
Maar dat is, veronderstelde ze, waar het leven uiteindelijk om draaide. Het maakte niet uit waar je je bevond, je moest voortdurend kracht uit jezelf putten om de wil te vinden om het te blijven proberen. En wanneer je dat niet meer kon, ging je dood.
En vergat iedereen je.
Natuurlijk zou ze er niet meer zijn als ze was vergeten, dus maakte het echt iets uit?
Ze keek uit het raam. Ze reden uiteindelijk Third Avenue op, maar het verkeer was nog steeds irritant druk. Ze moest niet zo somberen. Over slechts een paar minuten zou ze Kirby zien. Ze stelde voor dat hij de joker in haar leven was, een nar in een kleurrijk pak, een schitterend ingepakt snoepje.
'Zei u East Seventy-ninth Street driehonderdtwee?' vroeg de chauffeur, waarmee hij haar gedachten onderbrak.
Het gebouw waar Kirby woonde was een grote toren van gele baksteen met een oprijlaan vanaf Seventy-ninth Street. Het was een middenklassegebouw, maar de oprijlaan, die waarschijnlijk eerder onhandig dan nuttig was, was bedoeld om het gebouw een beetje klasse te geven. Onder de luifel bevonden zich twee draaideuren en een glazen schuifdeur die automatisch opende, net zoals de deuren op een vliegveld. In de hal stond een groot bureau, waaraan een portier zat die er onbehouwen uitzag.
'Kirby Atwood, alstublieft,' zei Nico.
'Wat?' vroeg de portier, die opzettelijk onhebbelijk deed.
Nico zuchtte. 'Kirby Atwood.'
De portier keek haar boos aan om geen andere reden dan het feit dat ze hem leek te storen en van hem vroeg dat hij zijn werk deed, en bladerde door een folder. Hij pakte de telefoon op en draaide een nummer.
'Hoe heet je?'
Nico zweeg even en werd eraan herinnerd dat ze dit nog nooit eerder had gedaan en het protocol niet kende. Zou ze haar echte naam opgeven, waardoor ze kon worden gepakt?
Als ze echter een valse naam opgaf, zou Kirby het waarschijnlijk niet snappen en dat zou tot nog meer ongemak leiden.
'Nico,' fluisterde ze.
'Wat?' vroeg de portier. 'Nicole?'
'Dat klopt.'
'Er is hier een Nicole voor je,' zei de portier in de telefoon. En terwijl hij haar achterdochtig aankeek, zei hij: 'Ga maar naar boven. Vijfentwintig g. Rechtsaf als je de lift uitkomt.'
East Seventy-ninth Street 302 was een enorm gebouw, met appartementen die als schoenendozen op elkaar waren gestapeld. Het gebouw had 38 verdiepingen met 26 appartementen op iedere verdieping, aangegeven door de letters van het alfabet. Seymour en zij hadden in precies zo'n gebouw gewoond toen ze net waren getrouwd. Maar ze waren al snel hogerop gekomen.
Ze hoorde een deur opengaan, het geluid echode door de smalle gang. Ze verwachtte dat Kirby zijn mooie hoofd om een van de deuren zou steken, maar in plaats daarvan kwam een reusachtige hond haar met grote sprongen door de hal tegemoet gerend, blij springend vanwege of het vooruitzicht dat hij bezoek kreeg, of vanwege het feit dat hij uit zijn kooi was ontsnapt. Het beest woog bijna vijftig kilo, had een getrimde vacht en was zo slank dat Nico dacht dat het een kruising tussen een greyhound en een Deense dog was.
Nico bleef onmiddellijk staan en was erop voorbereid om de hond aan de zijkant in zijn nek te grijpen als hij haar probeerde te bespringen, maar net voordat de hond haar bereikte, verscheen Kirby in de gang en zei ferm: 'Puppy! Zit!' De hond stopte onmiddellijk en ging zitten, terwijl hij vrolijk kwispelde.
'Dat is Puppy,' zei Kirby, terwijl hij haar met een zelfverzekerde grijns tegemoetkwam. Hij droeg een donkerblauw overhemd - dat met een knoopje midden op zijn borst was dichtgeknoopt alsof hij het net had aangetrokken - dat zijn wasbordje onthulde. Nico was onder de indruk van zijn lichaam, maar ze was nog meer onder de indruk van zijn bekwaamheid in het trainen van honden. Je moet toch wel geduldig zijn en een goedaardige autoriteit hebben om een grote hond zo perfect te trainen, dacht ze.
'Hoe gaat ie, mooie dame?' vroeg Kirby terloops, alsof het heel normaal was dat een oudere vrouw midden op de dag naar zijn appartement toe kwam voor seks. Plotseling voelde Nico zich verlegen. Hoe moest ze zich gedragen? Hoe verwachtte Kirby dat ze zich gedroeg? Hoe zag hij haar... en hen? Ze had geen referentiepunten om deze situatie te kunnen indelen, dus ze hoopte dat hij hen zag als Ri- chard Gere en Lauren Hutton in American Gigolo.
En hoe zat het met die uitdrukking 'mooie dame'?
'Sorry dat ik zo dom deed over jou naar mijn appartement laten komen,' zei Kirby. Hij draaide zich om en gaf haar een glimlach die zo zoet berouwvol was dat haar hart smolt. 'En ik wilde juist dat je mijn appartement zou zien.Vanaf het moment dat ik je heb ontmoet, dacht ik: ik wil heel graag haar mening over mijn appartement weten. Maf he? Hoe kan het dat je iemand ontmoet en dan meteen haar mening wilt weten? Ik denk er namelijk over om te verhuizen. De binnenstad is hipper, maar ik heb dit appartement net helemaal opgeknapt en het lijkt nogal stom om dan weer helemaal te gaan verhuizen, vind je ook niet?'
Nico staarde hem uitdrukkingsloos aan. Hoe moest ze hierop reageren? Seymour en zij woonden in het centrum, in een groot herenhuis in de West Village, aan Sullivan Street. Ze nam aan dat het er 'hip' was, maar de echte reden dat ze daar woonden was dat het rustig en leuk was en op loopafstand van Katrina's school. Misschien zou ze meelevend met hem moeten babbelen over de verschrikkingen van de renovatie van een appartement. Het had een jaar gekost om het herenhuis te renoveren, maar ze was er niet echt bij betrokken geweest. Seymour had al het werk gedaan, waarna ze drie dagen in het Mark Hotel logeerden terwijl de verhuizers kwamen en de binnenhuisarchitect de laatste dingetjes deed. Toen had iemand haar de sleutels gegeven en op een dag na het werk was ze naar het nieuwe herenhuis gegaan in plaats van naar het Mark Hotel. Het was heel gemakkelijk geweest, maar nu ze erover nadacht, besefte ze plotseling dat het klonk alsof ze verwend was en dat ze zou overkomen als iemand die dacht dat ze beter was dan hij. Ze
glimlachte opgelaten. 'Ik zou het echt niet weten, Kirby...' mompelde ze.
'Zeg het me maar,' zei Kirby, terwijl hij met een zwierig gebaar de deur opendeed en hem met zijn arm openhield zodat zij eronderdoor moest lopen om binnen te komen. Haar lichaam streek langs zijn borst en het gevoel deed haar blozen. 'Wil je wijn of water?' vroeg Kirby. 'Ik zei tegen mezelf, ze lijkt me iemand voor witte wijn, dus heb ik een fles gehaald.'
'Dat had je niet hoeven doen, Kirby.' zei ze en ze voelde zich als een schoolmeisje dat met haar mond vol tanden staat. 'Midden op de dag moet ik eigenlijk niet drinken.'
'O, ik weet het. Je bent een bezig bijtje,' zei Kirby, en hij liep de keuken in, een smalle ruimte rechts van de deur. Hij opende de koelkast en pakte er een fles wijn uit. 'Maar je moet je toch ook ontspannen. Het is niet goed om altijd met honderd kilometer per uur door het leven te gaan.' Hij draaide zich om en grinnikte.
Ze glimlachte terug. Plotseling schoot zijn hoofd als een slang naar voren en hij dreef haar in een hoek, terwijl hij zijn mond over de hare sloot. Hij hield de fles in een hand en trok haar dichter naar zich toe met de andere. Ze drukte haar lichaam gewillig tegen hem aan, terwijl ze bedacht dat zijn mond net een zacht, sappig stuk fruit was - een papaja misschien - en zijn stevige lichaam een onweerstaanbare tegenstelling vormde. Het leek wel alsof de kus minuten duurde, maar het was waarschijnlijk slechts dertig seconden, en toen begon ze zich overweldigd en claustrofobisch te voelen, alsof ze niet meer kon ademen. Ze zette haar handen op zijn borst en duwde hem weg.
Hij zette een stap naar achteren en keek haar onderzoekend aan om haar reactie te peilen. 'Dat was te veel en te snel he?' zei hij, terwijl hij zachtjes haar wang aanraakte. De volgende seconde zat hij echter in een heel andere versnelling, als een kind dat plotseling een ander stuk speelgoed ontdekt. 'Laten we maar een glaasje wijn nemen,' zei hij en hij zette de fles met een zwaai op de eetbar, alsof hij prettig verrast was door het feit dat hij een fles in zijn hand had. Hij deed een keukenkastje open en haalde er twee wijnglazen uit. 'Deze heb ik net bij Crate and Barrel gekocht. Ben je
daar ooit geweest? Ze hebben uitverkoop. Ze kostten maar vijf dollar per stuk, en ze zijn nog wel van kristal,' zei Kirby, terwijl hij de fles ontkurkte en de wijn in de glazen schonk. 'Op een keer,' ging hij door, op een kinderlijke vragende toon, 'ben ik op een schip geweest van een rijke kerel. En alle glazen, zelfs de sapglazen, waren van kristal. Maar wat ik zo geweldig vind aan New York is dat je echt fantastische spullen kunt krijgen voor weinig geld. Is je dat ooit opgevallen?' Hij gaf haar een glas en ze knikte, terwijl ze naar zijn bewegingen keek, niet in staat om iets te zeggen. Het verlangen had haar spraakvermogen verlamd.