Read Lipstick Jungle Online

Authors: Candace Bushnell

Tags: #Fiction, #Contemporary Women, #General

Lipstick Jungle (6 page)

BOOK: Lipstick Jungle
5.63Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

Myrna Jameson was inkoper voor Marshall Fields, het beroemde warenhuis in Chicago, en ze had haar kantoor in een enorm gebouw op de hoek van Seventh Avenue en Thirty-seventh Street in New York. Het Garment District was net een Arabische bazaar. Er waren heel veel eenmanszaakjes met stoffen, fournituren en damesonderkleding, en stilstaande vrachtwagens met draaiende motor bliezen uitlaatgassen de lucht in terwijl de arbeiders rekken vol kleding en bontjassen door de menigte duwden. Zakkenrollers, daklozen en sjacheraars hingen rond bij de ingangen van de gebouwen, en Victory hield de tas met haar uit zes stukken bestaande collectie stevig tegen haar borst gedrukt. Stel je voor dat die, nu ze zo hard gewerkt had, uit haar hand werd gerukt!
Het kantoor van Myrna Jameson bestond uit twee kamers halverwege een lange gang die met somber linoleum was bekleed. In de eerste kamer zat een vrouw met een gezicht als een boze bij, wier lange vingernagels tegen de telefoon tikten. Achter de open deur bevond zich het kantoor van Myrna. Victory zag een welgevormd, in een zwarte panty gestoken been met een smaakvolle, zwarte puntige pump eraan. Myrna was de eerste echte carrierevrouw die Victory ooit ontmoette en in die tijd werd er van carrierevrouwen niet verwacht dat ze aardig waren. Myrna kwam haar kantoor uit en bekeek Victory van top tot teen. 'Je bent dus op komen dagen,' zei ze, met een metaalachtige klank in haar stem. 'Laat eens zien wat je voor me hebt.'
De vijf slapeloze nachten eisten plotseling hun tol en Victory barstte bijna in tranen uit. Voor het eerst besefte ze dat Myrna haar collectie wel eens niet mooi kon vinden, en de gedachte aan een mislukking was vernietigend. Ze zou zich doodschamen, het zou de rest van haar leven kunnen bepalen. Wat als ze het bleef proberen en het steeds niet lukte? Dan zou ze terug naar huis moeten en een baantje moeten nemen in de kopieerwinkel, zoals haar beste vriendin van de middelbare school, die er niet in was geslaagd het kleine stadje te verlaten...
'Deze zijn schattig,' zei Myrna, terwijl ze de collectie bekeek. Door de manier waarop ze de monsters bekeek - ze hield ze op, draaide ze binnenstebuiten en onderzocht het materiaal - kreeg Victory het gevoel alsof ze zelf geinspecteerd werd. In het harde fluorescerende licht zag ze dat Myrna een door acnelittekentjes geteisterde huid had en dat ze dat met een dikke laag foundation had proberen te bedekken. 'Je hebt zeker nog geen verkoopcijfers, he? Of is er iets wat je me nog niet hebt verteld?' vroeg Myrna, terwijl ze haar achterdochtig aankeek.
Victory had geen idee waarover Myrna het had. 'Nee...' stamelde ze. 'Ik heb alleen...'
'Is er ooit iets van je in een winkel verkocht?' wilde Myrna ongeduldig weten.
'Nee,' zei Victory. 'Dit is mijn eerste collectie. 'Dat is toch geen probleem, hoop ik?' vroeg ze, met stijgende paniek.
Myrna haalde haar schouders op. 'Iedereen moet toch ergens beginnen? Het houdt alleen in dat ik geen grote order kan plaatsen. Ik begin klein en als je goed verkoopt, kopen we volgend seizoen meer.'
Victory knikte, verbluft.
Een tijdje later rende ze naar buiten, duizelig van de overwinning. Ze zou in haar latere leven een dergelijk ogenblik dat haar leven veranderde nog wel eens ervaren, maar die eerste keer was het gevoel het sterkst. Ze beende over Thir- ty-seventh Street naar Fifth Avenue, zonder te weten waar ze naartoe ging, maar ze wist wel dat ze zich wilde bevinden waar alles gebeurde. Ze liep Fifth Avenue op, terwijl ze sierlijk de voorbijgangers ontweek, en bleef staan bij het Rocke- feller Center om naar de skaters te kijken. De stad was als een zilverkleurig Oz, vol magische mogelijkheden, en pas toen ze bij het park aankwam en iets van haar energie was kwijtgeraakt, liep ze naar een telefooncel om haar beste vriendin van school, Kit Callendar, te bellen.
'Ze zei dat ze klein wilde beginnen, maar ze heeft achttien stukken genomen!' riep Victory uit.
De order was in hirn beider ogen enorm en op dat ogenblik kon ze zich niet voorstellen dat er ooit orders voor tienduizend stuks zouden worden geplaatst...
Na drie weken naaien tot laat in de avond was haar eerste order klaar en verscheen ze in Myrna's kantoor met de stukken in drie plastic zakken. 'Wat doe jij hier?' wilde Myrna weten.
'Ik heb je spullen,' zei Victory trots.
'Gebruik je geen koerier?' vroeg Myrna ontsteld. 'Wat moet ik in vredesnaam met deze tassen doen?'
Victory glimlachte bij de herinnering. Op dat moment wist ze nog niets over de technische aspecten van ontwerpen, ze had er geen idee van dat er knip- en naairuimtes waren waar echte ontwerpers hun kleding lieten maken. Maar ambitie en een brandend verlangen - het soort verlangen, zo stelde ze zich voor, dat de meeste vrouwen hadden naar mannen - stuwden haar voort. En toen kreeg ze een cheque van vijfhonderd dollar. Alle stukken werden verkocht. Ze was achttien en zat in zaken.
De ruim tien jaar daarna ging ze maar door. Kit en zij verhuisden naar een piepklein appartement met twee slaapkamers aan de Lower East Side, in een straat vol Indiase restaurants en 'snoepwinkels' in kelders, waar drugs werden verkocht. Ze knipten en naaiden tot ze niet meer uit hun ogen konden kijken, waarna ze naar openingen van kunst tentoonstellingen gingen en naar smoezelige nachtclubs, waar ze dansten tot drie uur 's nachts. Ze verdiende amper genoeg geld om rond te komen, maar dat maakte niet uit. Ze wist dat het grote succes eraan zat te komen, maar intussen was het voor haar voldoende om in de grote stad te wonen en te doen waarvan ze altijd had gedroomd.
En toen kreeg ze haar eerste grote order van Bendel, een warenhuis dat erom bekendstond jonge, worstelende ontwerpers te steunen. Dat was weer zo'n omslagpunt - de order was zo groot dat ze een eigen hoek kreeg op de tweede verdieping met haar naam en logo op de muur - maar er zat een addertje onder het gras. Om die kleding echt te kunnen maken had ze contant geld nodig, meer dan 20.000 dollar, en dat had ze niet. Ze ging naar drie banken om te zien of ze het geld kon lenen, maar bij elke bank legde de manager geduldig uit dat je een onderpand moest hebben om een lening te kunnen krijgen, iets tastbaars als een huis of een auto die ze in beslag konden nemen en verkopen als je het geld niet zou kunnen terugbetalen.
Ze zag geen uitweg, maar op een dag ging de telefoon: het was Myrna Jameson. Ze stelde voor dat Victory Howard Fripplemeyer zou bellen. Het was een schoft, legde Myrna uit, maar hij wist alles van kleding, zat al dertig jaar in het vak en kon haar misschien wel helpen.
Howard Fripplemeyer was alles wat Myrna had beloofd en nog erger. Ze ontmoetten elkaar voor het eerst in een koffiehuis, waar Howard een broodje pastrami naar binnen schrokte zonder de moeite te nemen het restje mosterd in zijn mondhoeken weg te vegen. Zijn kleren waren bruin, en zijn haar was verontrustend - hij droeg een toupet dat vanaf zijn voorhoofd vooruitsprong als een dakspaan. Toen hij klaar was met eten, pakte hij de Daily News en verdween vijftien minuten in het herentoilet. Victory's instinct zei haar dat ze haar deel van de rekening moest betalen en zich uit de voeten moest maken, maar ze was wanhopig.
Toen hij bij de tafel terugkwam, zei hij dat hij had besloten dat ze een goede investering was, ze had potentieel. Hij zou het komende jaar 80.000 dollar in haar bedrijf steken. In ruil daarvoor wilde hij 30 procent van de winst. Het klonk haar in de oren als een goede deal. Howard was afschuwelijk, en naast het feit dat hij een walgelijke persoonlijkheid had, hing er ook een vreemde, scherpe geur om hem heen, maar Victory zei tegen zichzelf dat ze niet met hem naar bed hoefde. Daarbij kwam dat ze hem nodig had. 'Laat mij me maar met het geld bezighouden, meissie,' zei hij, terwijl hij een trekje nam van zijn tiende Newport-sigaret, 'houd jij je maar bezig met mode. Ik zit al dertig jaar in deze branche en ik begrijp creatieve types. Wanneer jij over geld moet nadenken, raak je helemaal in de war.' En ze knikte, ja, dat was precies wat er gebeurde.
Ze vertrouwde Howard, maar alleen omdat ze niet genoeg ervaring had om dat niet te doen. Howard had haar 'zaak' verplaatst naar een grote ruimte in een gebouw vlak bij Seventh Avenue, waar het geluid door de saai grijs geschilderde gangen galmde en ze voor het damestoilet een sleutel moest hebben. Het gebouw rook naar wanhoop, naar beloften en dromen die nooit in vervulling zouden gaan, maar na haar piepkleine appartement voelde dit als een enorme stap.
En haar kleding werd verkocht. Howard vertelde haar dat het bedrijf dat jaar 200.000 dollar zou omzetten, een bedrag waarvan het haar ging duizelen. 'Dat is natuurlijk wel voor aftrek van mijn tachtigduizend plus mijn 30 procent. Dat is zestigduizend, plus die tachtigduizend, maakt honderdveertigduizend.' Het leek haar dat dit niet klopte, maar ze was te schuchter om met hem in discussie te gaan.
'Hij licht je op!' zei Kit. Naast hen woonde een vrouw die bij een bank werkte en op een avond legde Victory haar de situatie uit. 'Niemand doet op een dergelijke manier zaken,' zei de vrouw, terwijl ze met haar hoofd schudde. 'En trouwens, je hebt hem helemaal niet nodig. Het is eigenlijk heel eenvoudig: vraag en aanbod. Dat kan je ook zelf.'
Er was alleen een probleem: ze kon niet van Howard afkomen, althans niet op wettige wijze. In de opwinding dat ze van haar geldprobleem was verlost, had ze een contract met Howard getekend waardoor hij de rest van haar leven recht had op 30 procent van haar winst.
Ze zat voor altijd met Howard en zijn stank opgescheept. Ze kon niet geloven dat ze zo stom was geweest en terwijl ze er 's nachts van wakker lag, vroeg ze zich af of er een andere manier was waarop ze van Howard af kon komen, zonder iemand in te huren om hem te vermoorden. Als ze ooit uit deze situatie zou komen, zwoer ze dat ze nooit meer met een partner in zee zou gaan...
En toen deed Howard iets geks. Hij opende nog een kledingbedrijf in het gebouw aan de overkant van de straat.
Het was vreemd, maar Victoiy schonk er niet veel aandacht aan, omdat Howard zich nu veel minder met haar bemoeide. Hij forensde elke morgen vanaf Long Island, in een goedkope regenjas, met een kartonnen doos en de Daily News. In de doos zaten altijd drie bekers koffie en een pasteitje. Vervolgens hing hij drie uur aan de telefoon, tot hij naar het koffiehuis ging om te lunchen. Het leek alsof Howard een eindeloos netwerk had van maten in de kleding- branche met wie hij elk uur overlegde en Victory vroeg zich af hoe ze ooit aan hun werk toekwamen. Op zich maakte het haar niet uit, maar het kantoor was de enige grote ruimte, dus ze kon niet ontsnappen aan Howard en zijn gesprekken. En als hij dan eindelijk de telefoon neerlegde, bekeek hij haar ontwerpen.
'Dat is niet goed,' zei hij dan. 'Wie in Minnesota draagt dat?'
'Howard, ik kom uit Minnesota. Ik probeer juist aan het Midwesten te ontsnappen...'
'Waarom? Om een paar mooie foto's in Vogue te krijgen? Mooie foto's verkopen geen kleding, weet je. Iets nodig hebben om aan te trekken wanneer je op zaterdagavond met je liefje uitgaat, dat verkoopt kleding. En het moet ook niet te opvallend zijn. De jongens willen hun meisjes in iets leuks en zedigs zien...'
'Ik wil mijn kleding wel in de Vogue zien staan,' siste Victory dan heftig. 'En dat gaat ook gebeuren, let maar op...'
Dan leunde Howard naar voren, waardoor ze beiden werden omringd door zijn kenmerkende lucht, en begon te glimlachen. Zijn tanden waren grijs, en in de ruimtes ertussen zat allemaal wit spul, alsof hij zijn tanden bijna nooit poetste. 'Heb je ooit goed gekeken naar de ontwerpers in de Vogue?' vroeg hij dan. 'Halston, Klein... zelfs Scaasi, die vroeger Isaacs heette... allemaal joodse nichten. Heb je er ooit een vrouwelijke ontwerper in zien staan? Absoluut niet.
Dat komt omdat wanneer het mode betreft, of wat dan ook eigenlijk... films, architectuur, schilderijen, de besten altijd mannen zijn. En daar is een reden voor...'
Howard zei nooit precies wat die reden was, en zij vroeg het hem nooit. Ze wilde zijn antwoord niet horen.
In plaats daarvan vervloekte ze hem binnensmonds en ging ze zich weer bezighouden met haar tekeningen. Op een dag... dacht ze dan. En dan zei ze tegen zichzelf dat als ze maar genoeg geld verdiende voor Howard, hij misschien wel weg zou gaan en haar alleen zou laten.
En op een dag deed hij dat ook. Hij liet zich 's ochtends niet zien, maar kwam tegen vier uur 's middags eindelijk opdagen. Dit patroon hield hij een paar weken vol en Victory was zo dankbaar dat ze was verlost van zijn dagelijkse aanwezigheid dat ze niet vroeg waarom. Maar ze merkte wel dat het niet uitmaakte tot hoe laat ze doorwerkte, Howard slaagde er altijd in op kantoor te zijn wanneer ze wegging.
Een paar weken later liep ze Myrna Jameson tegen het lijf. 'Ik zag dat Howard je in Dress Barn heeft gekregen,' zei ze.
Victory keek haar verbaasd aan, schudde haar hoofd en dacht dat Myrna zich vergiste.
'Dat moet een warenhuis zijn geweest... Bloomingdale of zo...'
'Liefje,' Myrna proestte het uit en legde haar hand op Victory's pols, 'ik ken jouw werk toch. Ik zou je ontwerpen overal herkennen. Dat is mijn werk.'
'Maar dat is onmogelijk,' wierp Victory tegen.
Myrna hief haar handen met de palmen omhoog om te protesteren. 'Ik weet wat ik heb gezien. Ik was zondag in de Dress Barn op Long Island en daar hadden ze een heel rek met jurken die precies op de jouwe leken. Ze hadden zelfs de kanten handschoenen met fluwelen linten... En wat is dat voor bedrijf dat Howard aan de overkant op veertien-elf is begonnen?'
Victory schudde geschokt haar hoofd. In het Garment District duidden mensen de gebouwen aan met alleen het nummer, en Broadway nummer 1411 was het meest verlopen gebouw in dit gebied. Daar werden kledingstukken als slaven geveild aan commerciele winkelketens, het gebouw was het lelijke stiefkind van de kledingbranche waar niemand het over wilde hebben. Ze kreeg een akelig voorgevoel. Ze bedankte Myrna en rende de straat over, terwijl ze het verkeer ontweek. Dit kan niet waar zijn, dacht ze. Zelfs Howard zou niet zoiets stoms doen als in het geheim haar kleding verkopen in 1411. Dat zou haar naam en zijn investering ruineren, en dat was niet logisch. Ze had vorige maand de voorraadlijs- ten gecontroleerd en er leek niets te ontbreken...
Dit is onmogelijk, dacht ze, en ze probeerde zichzelf gerust te stellen.
De hal in 1411 rook naar het vet van de miljoenen afhaalmaaltijden die hier de afgelopen zeventig jaar doorheen waren gekomen. Aan de wand hing een lijst met alle bedrijven in het gebouw, maar Victory wist niet waarnaar ze moest zoeken - Howard kon zijn nieuwe bedrijf elke naam hebben gegeven en hij was zeker slim genoeg om niet zijn eigen naam te gebruiken. Ze besloot naar de eerste verdieping te gaan, waar de veilingen plaatsvonden, en ja hoor, midden in een enorme ruimte, die vol stond met rekken met kleding die wachtten tot ze werden geveild, vond ze twee rekken vol kledingstukken die een exacte kopie waren van haar ontwerpen. Ze voelde de stof en huiverde - deze stukken waren gemaakt van goedkoop materiaal dat na drie of vier keer dragen uit elkaar zou vallen en gekrompen bij de stomerij vandaan zou komen. Ze boog zich over de zoom en zag dat de naad ongelijk was, en niet afgewerkt. Daarna bekeek ze het label. Haar handelsmerk was een roze vierkant met de woorden 'Victory Ford' in grillige letters erop gestikt. Het label aan deze goedkope namaak was bijna hetzelfde, alleen was de naam die erop stond 'Viceroy Fjord'.

BOOK: Lipstick Jungle
5.63Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

Other books

Saratoga Trunk by Edna Ferber
Leigh by Lyn Cote
For Love Alone by Christina Stead
Marrying Mari by Elyse Snow
Our Friends From Frolix 8 by Dick, Philip K.
Sweet Sins by Kent, Madison
Feedback by Cawdron, Peter