Lipstick Jungle (7 page)

Read Lipstick Jungle Online

Authors: Candace Bushnell

Tags: #Fiction, #Contemporary Women, #General

BOOK: Lipstick Jungle
2.92Mb size Format: txt, pdf, ePub

Ze liet het kledingstuk vallen alsof ze erdoor werd besmet en deed een stap naar achteren, terwijl ze van afschuw haar hand over haar mond legde.
Ze klapte dubbel van de schok: hij had zelfs amper de moeite genomen om de naam te veranderen. Hij moest er wel van overtuigd zijn dat ze een sukkel was. Dacht hij werkelijk dat ze hem hiermee liet wegkomen? Blijkbaar wel. Hij zag haar waarschijnlijk als een dom klein meisje dat alles zou doen wat hij wilde, iemand die hij kon gebruiken, oplichten en weggooien zonder dat het enig gevolg had.
Hij zou nog raar staan kijken.
Plotseling golfde de woede door haar heen. Hij had haar kind gestolen, ze zou hem vermoorden. Nee. Ze ging hem eerst verminken en hem daarna pas vermoorden. Het was een ding om haar te naaien, besloot ze, maar het was iets heel anders om haar bedrijf te naaien.
Ze had deze gevoelens nog nooit eerder gehad. Ze wist niet dat ze zo razend kon worden. Als op de automatische piloot ging ze terug naar de hal, vond de naam van zijn 'nieuwe bedrijf' en stapte vastberaden naar binnen. Howard zat met zijn voeten omhoog aan een metalen bureau, schoof iets in zijn mond wat uit kruimels leek te bestaan en praatte door de telefoon. 'Wa-a-a-a-t?' zei hij, geirriteerd door haar onderbreking.
'Jij gore klootzak!' schreeuwde ze zo hard ze kon, terwijl ze zijn krant van het bureau griste en op de vloer gooide.
'Wat is dit?' mekkerde hij en hij zei in de hoorn: 'Ik bel je terug.'
'Hoe durf je?' schreeuwde ze en terwijl ze naar hem toekwam alsof ze hem ging slaan, wilde ze dat ze een man was, zodat ze dat ook kon. 'Ik heb die kleren gezien. Op de eerste verdieping...' Maar voordat ze kon doorgaan, sprong hij op en onderbrak haar. 'Hoe durf jij?' schreeuwde hij terug, terwijl hij naar haar wees alsof hij de gedupeerde partij was. 'Durf ooit nog eens schreeuwend mijn kantoor binnen te komen.' Het feit dat hij zich verdedigde, schokte haar en ze opende en sloot haar mond, plotseling niet meer wetend wat ze moest zeggen.
'Ik heb die stukken gezien...'
'Ja? Nou en?' zei hij, terwijl hij vooroverboog om de krant te pakken. 'Je hebt wat kleren gezien. En dan kom je hier binnenstormen, krijsend als een viswijf...'
Haar woede vlamde weer op. 'Je hebt mijn ontwerpen gestolen,' gilde ze. 'Dat kun je niet maken. Je kunt me niet oplichten.'
Hij keek alsof hij iets heel vies rook. 'Je bent geschift. Wegwezen.'
'Dat kun je niet maken!'
'Wat niet?' Hij haalde minachtend zijn schouders op. 'In deze branche draait het allemaal om kopieren, dat weet iedereen.'
'Ik zal je even iets uitleggen, Howard,' zei ze dreigend. 'Je kunt geen spelletjes met me spelen. En denk maar niet dat je nog een cent ziet van mijn zuurverdiende winst...'
'O nee?' zei hij, met een rood aanlopend gezicht. Hij liep naar haar toe en trok haar aan haar arm naar de deur. 'ik heb een stuk papier dat je hebt ondertekend en daar staat iets heel anders op. Dus haal dat maar niet in je hoofd.' De seconde erna stond ze plotseling buiten in de gang en sloot Howard de deur in haar gezicht.
Iedere ader in haar hoofd bonkte van woede en vernedering. Een paar seconden stond ze geschokt in de gang, niet in staat te begrijpen wat er zojuist was gebeurd. Howard had bang voor haar moeten zijn, hij was hier de oplichter, en hij had in ieder geval het fatsoen moeten hebben om bang te kijken. Maar in plaats daarvan was het heel anders gelopen en was zij de boevrouw, de gekkin. Plotseling besefte ze dat ze haar macht had verloren op het moment dat ze was gaan schreeuwen.
En godverdomme, nu wist hij dat zij het wist. Ze liep naar de lift en drukte een paar keer op het knopje, omdat ze zo snel mogelijk het gebouw uit wilde. Ze wilde niet dat Howard zijn kantoor uit zou komen en haar hier zou aantreffen, ze was niet opgewassen tegen nog een confrontatie. Ze had niets moeten zeggen over het feit dat hij haar oplichtte, totdat ze informatie had ingewonnen over wat ze eraan had moeten doen. Eindelijk kraakte de liftdeur open. Ze stapte naar binnen en leunde tegen de muur terwijl haar ogen zich met tranen vulden. Het was niet eerlijk. Ze had haar hele leven keihard gewerkt om haar naam en bedrijf op te bouwen, in de veronderstelling dat ze voor haar goede werk zou worden beloond, en wat er gebeurde was dat ze een eikel was tegengekomen die haar had opgelicht. Ze kon hem hier niet mee laten wegkomen.
'Je moet je niet meer als een klein meisje gedragen en eens volwassen worden,' adviseerde haar bankiersvriendin. 'Je bent een zakenvrouw. Je moet geen persoonlijke confrontatie met die klootzak aangaan. Je moet de daad bij het woord voegen, begin een rechtszaak tegen hem. Daag die grote witte kont van hem voor het gerecht.'
'Ik kan geen advocaat inhuren,' zei ze. Maar als ze in deze bedrijfstak wilde overleven, moest ze een boodschap afgeven: als je een geintje met Victory Ford uithaalt, zet ze het je betaald, heeft het gevolgen.
Ze kreeg Kit zover dat ze zich voordeed als inkoper van een winkelketen en stuurde haar naar een bespreking met Howard bij Viceroy Fjord. Kit deed alsof ze de kleding prachtig vond en nam foto's. Daarna nam Victory foto's van haar eigen ontwerpen. Ze vond een advocaat via Myrna, die het heel rot vond wat haar was overkomen.
Drie maanden later zag ze Howard bij de rechtbank. Hij stonk nog steeds en was nog net zo slecht gekleed als altijd, maar maakte zich nog steeds geen zorgen, alsof dit soort dingen hem voortdurend overkwam. Ze legde de foto's van Howards kleding naast die van haar eigen ontwerpen en toen de rechter de zitting schorste om een beslissing te nemen, stemde Howards advocaat in met een schikking. Als ze Howard zijn 80.000 dollar terugbetaalde, zou hij afstand doen van zijn 30 procent en zou ze vrij zijn.
Ze was enorm opgelucht. Dit was een lage prijs voor zo'n domme zakelijke fout, maar ze had een belangrijke les geleerd: de mensen met wie je zaken doet zijn net zo belangrijk als het bedrijf zelf. Het was een les die iedere ontwerper met vallen en opstaan moest leren, omdat ze je dit bepaald niet leerden op de modeacademie...
De telefoon begon te rinkelen en onderbrak haar dagdroom. Victory kreeg onmiddellijk een gevoel van angst. Dat was waarschijnlijk slecht nieuws. De laatste drie weken had ze alleen maar slecht nieuws gekregen, dit moest wel een ramp zijn.
Ze overwoog om de telefoon niet te beantwoorden, maar vond dat toch te laf. Het was een van haar assistenten, Trish, van de ontwerpstudio.
'Meneer Ikito heeft al drie keer gebeld. Hij zegt dat het dringend is. Ik dacht dat je dat wel zou willen weten.'
'Bedankt. Ik bel hem terug.' Ze legde de telefoon neer en vouwde haar armen voor haar borst alsof ze het koud had. Wat zou ze meneer Ikito vertellen? Ze hield hem nu al meer dan een week aan het lijntje, met het excuus dat ze op reis was, maar als het op zakendoen aankwam wilden de Japanners alles snel afhandelen. 'Ik vind je aardig, neem snel een beslissing,'
had meneer Ikito vijf jaar geleden tegen haar gezegd toen ze hun samenwerking waren begonnen. Meneer Ikito wilde echter geld verdienen, en hij zou haar binnen een minuut laten vallen als ze niet goed meer verkocht. Maar wat hij als oplossing bood was ondraaglijk.
Victory Ford was geen groot bedrijf zoals Ralph Lauren of Calvin Klein, maar in de vijf jaar dat ze nu zakendeed met de Japanners was het een miniconcern geworden. Ze had drieentachtig winkels in Japan en dit jaar zouden zij en meneer Ikito uitbreiden naar China. Meneer Ikito had een licentie voor haar ontwerpen gekregen, waaronder niet alleen kleding, maar ook handtassen, schoenen, zonnebrillen en andere accessoires, en hij fabriceerde ze zelf in Japan, waarbij hij de productiekosten betaalde en haar een percentage van de winst afstond. Met het bedrijf van meneer Ikito erbij had dat van haar nu een omzet van bijna vijf miljoen per jaar.
Meneer Ikito had de lentelijn niet mooi gevonden - hij had hem zelfs vreselijk gevonden - dus was ze twee dagen na haar show naar Tokyo gevlogen voor een bespreking, die was uitgelopen op een oefening in vernedering. Meneer Ikito droeg westerse kleren, maar bleef op de Japanse manier zakendoen: hij zat voor een lage houten tafel waaraan ze werden onthaald op een typisch Japanse theeceremonie, terwijl hij door haar portfolio met de lentecollectie bladerde. Het was een kleine man met kort, grijzend haar en een mond als een guppy. 'Juffrouw Victory. Wat met jou gebeurd?' vroeg hij, terwijl hij de bladzijden met afkeer omsloeg. 'Waar krijg jij deze ideeen? Dit ben jij niet. En wie dragen deze kleren? Vrouw niet dragen lange rok in lente. Niet leuk, veel flappen. Vrouwen willen benen laten zien.'
'Meneer Ikito,' zei ze, terwijl ze haar hoofd boog om eerbied te tonen, wat ze afschuwelijk vond, maar het was belangrijk om de buitenlandse zakelijke gewoonten te respecteren, 'ik probeerde iets nieuws uit. Ik probeer te groeien. Uit te breiden. Als ontwerper...'
'Waarom jij dat willen?, vroeg meneer Ikito ontsteld. 'Jij groot succes. Je weet wat je zegt in Amerika: als niet kapot, dan niet repareren.'
'Maar ik probeer beter te worden. Om de beste ontwerper te worden die ik maar kan zijn.'
'Pffi' zei meneer Ikito, terwijl hij met zijn handen voor zijn gezicht wapperde alsof hij een insect wilde verjagen. 'Je denkt altijd aan jezelf in New York. Hier in Japan, we denken aan bedrijf.'
'Ik denk ook aan het bedrijf,' wierp Victory vastberaden maar vriendelijk tegen. 'Als ik op de lange termijn als ontwerper wil overleven, moet ik mijn collectie uitbreiden. Om te laten zien dat ik ook couture kan maken...'
'Waarom jij dat willen?' vroeg meneer Ikito. 'Geen geld in couture. Iedereen dat weten. Vijf jaar geleden, jij zegt je wilt miljoenen dollars verdienen...'
'En dat wil ik nog steeds...'
'Maar nu jij probeert Oscar de la Renta te zijn. Of misschien meneer St. Laurent,' onderbrak meneer Ikito. 'Wereld hebben St. Laurent niet nodig. Wereld hebben Victory Ford nodig.'
Is dat zo? vroeg Victory zich af, terwijl ze in haar thee staarde.
'Wij hier geen Oscar-winkels hebben. Oke, een in Tokyo. Maar Victory Ford, zij heeft drieentachtig winkels alleen in Japan. Begrijp je?' vroeg meneer Ikito.
'Ja, maar meneer Ikito...'
'Ik antwoord hebben,' zei meneer Ikito. Hij klapte in zijn handen en zijn secretaresse - Victory twijfelde of iemand haar zou beschouwen als assistent - schoof de deur in de rijstpapieren wand open, en vroeg, terwijl ze haar handen tegen elkaar zette en haar hoofd boog, in het Japans: 'Ja meneer Ikito?'
Meneer Ikito zei iets, ook in het Japans. Ze knikte en schoof de deur zachtjes dicht. Meneer ikito draaide zich om naar Victory. 'Jij mij bedanken. Je zult zeggen: "Meneer Ikito, hij geniaal!'"
Victory glimlachte ongemakkelijk. Ze voelde zich vreselijk schuldig, alsof ze een klein kind was dat iets helemaal verkeerd had gedaan. Dat was ook zo. Ze had meneer Ikito teleurgesteld. Ze wilde helemaal niemand teleurstellen. Ze wilde dat iedereen haar aardig vond, haar prees en haar een klopje op haar hoofd gaf alsof ze een lief klein meisje was. Waarom kon ze zich, hoe succesvol ze ook was, nooit losmaken van dat instinct om een knieval te maken voor mannelijke autoriteit? Ze was een volwassen vrouw met haar eigen bedrijf dat ze vanuit het niets, met slechts haar eigen creativiteit en hard werken, had opgebouwd. Ze had zelfs een zwarte American Express-kaart. Maar hier zat ze dan op hete kolen bij meneer Ikito te wachten tot hij de zaken oploste, terwijl ze hem had moeten zeggen wat ze zelf wilde. Maar ze durfde hem niet te beledigen. Waarom kon ze niet wat meer op Nico lijken? Nico zou hebben gezegd: 'Zo zit het, meneer Ikito. Graag of niet...'
En toen deed meneer Ikito iets waardoor ze de moed helemaal verloor. Hij pakte de theepot op en terwijl hij zijn hand op het deksel hield, schonk hij haar nog wat thee in.
Victory slikte zenuwachtig. Op dat ogenblik wist ze dat ze meneer Ikito's 'oplossing' niet op prijs zou stellen. In Japan had het inschenken van thee voor iemand heel veel subtiele betekenissen, maar in dit geval was het een daad van verzoening, een voorbereiding op slecht nieuws.
Meneer Ikito pakte zijn kopje op en nam een slokje, terwijl hij haar een blik toewierp die betekende dat hij van haar hetzelfde verwachtte.
De thee was heet en ze verbrandde haar mond een beetje, maar meneer Ikito was blij met haar inschikkelijkheid. De deur werd weer opengeschoven en er kwam een jonge Japanse vrouw binnen, gekleed in een marineblauw pak.
'Ah! Juffrouw Matsuda!' riep meneer Ikito uit.
'Goedemorgen, meneer Ikito,' zei de jonge vrouw, haar hoofd neigend om hem te begroeten. Ze had een licht Engels accent en Victory vermoedde dat ze in Engeland naar de universiteit was geweest, waarschijnlijk in Oxford.
'Juffrouw Victory Ford,' zei meneer Ikito. 'Dit is je nieuwe ontwerper. Juffrouw Matsuda.'
Victory keek van juffrouw Matsuda naar meneer Ikito, die straalde. Plotseling werd ze misselijk, maar ze stak beleefd haar hand uit.
Hier kon ze op geen enkele manier mee instemmen.
'Ik vind uw kleren prachtig,' zei juffrouw Matsuda, terwijl ze in de ruimte tussen de vloer en de tafel naast haar glipte. 'Het is een eer met u te werken.'
We hebben nog niet afgesproken dat we zullen gaan samenwerken, wilde Victory zeggen, maar haar keel was kurkdroog geworden, waardoor ze niets meer kon uitbrengen. Ze nam een slokje van haar thee en probeerde weer rustig te worden.
'Juffrouw Matsuda heel goede ontwerper,' zei meneer Ikito, terwijl hij van de ene naar de andere vrouw keek. 'Zij nieuwe ontwerpen tekenen net als oude Victory Ford-ont- werpen. Jij keurt natuurlijk goed. Zaken gaan door en iedereen gelukkig.'
Victory kuchte in haar hand. 'Ik ben ervan overtuigd dat juffrouw Matsuda een heel goede ontwerper is,' zei ze voorzichtig, omdat ze zijn voorstel niet direct wilde afwijzen. 'Maar ik moet eerst haar tekeningen zien, voordat we iets beslissen,' voegde ze eraan toe.
'Jij alle tekeningen zien die je wilt,' zei meneer Ikito met een zwaai van zijn armen. 'Zij goed, weet je. Zij iedereen kopieren. Zij Ralph Lauren beter doen dan Ralph Lauren zelf.'
Victory's enige gedachte was dat ze hier weg moest. Ze was kwaad en beledigd, maar dat betrof waarschijnlijk alleen maar haar ego, en in het zakenleven ondervond je soms dat je met ideeen kon leven die in het begin vreselijk hadden geleken, als je jezelf maar genoeg tijd gaf om erover na te denken en over de aanvankelijke belediging heen te komen. Het was nu belangrijk om niet te reageren en een breuk te veroorzaken die niet meer kon worden gelijmd.
Ze stond op.
'Dank u, meneer Ikito, voor uw vriendelijke oplossing,' zei ze. 'Ik heb nog een bespreking. Ik bel u na de lunch.'
Dit was op zich al een risico, omdat meneer Ikito verwachtte dat ze zou blijven zolang hij dat nodig vond. Hij fronste zijn voorhoofd. 'Jij oplossing niet goed vinden?'

Other books

600 Hours of Edward by Lancaster, Craig
El ahorcado de la iglesia by Georges Simenon
Tomb of the Lost by Noyce, Julian
Jailbait by Emily Goodwin
If Ever I Loved You by Phyllis Halldorson
Last Chance Hero by Cathleen Armstrong